“Slim, die stichting. Staat erg sympathiek” zegt hij. Mijn beweging wijnglas – mond staakt abrupt. “Wat zei u?” Ik verstond dit vast verkeerd. Het is lawaaiig op de zoveelste borrel met weer min of meer dezelfde mensen. “Dat het sympathiek staat, zo’n stichting. Het is imagotechnsich slim. Goed gedaan.” Nu neem ik snel een slok wijn zodat mijn vlijmscherpe respons wel moet vervallen. Ik ken de beste man niet en de beste man kent mij ook overduidelijk niet. Nooit was het in me opgekomen dat dit een manier kon zijn om aan te kijken tegen dat wat ik doe, wat we doen. Kennelijk is dat het wel. En dan kan ik wel boos worden omdat er aan mijn en onze intenties wordt getwijfeld, maar misschien heb ik ook wel niet goed verteld hoe belangrijk dit voor me is. Dat wat we doen.
De stichting die de man bedoelde is van mij en mijn twee goede vriendinnen. We zorgen voor geld waarmee we gezinnen een dagje uit kunnen geven als ze dat zelf niet kunnen betalen. En dat zijn er veel. Gezinnen die dat niet zelf kunnen betalen.
Het moet toch echt zo’n dertig jaar geleden zijn geweest dat ik met mijn moeder, zusje en twee goede vrienden naar Het Land van Ooit ging. Voor wie dat niet kent, het bestaat helaas niet meer: het was een fantastisch fantasieland met een eigen valuta en kinderen waren er de baas. “Behalve over het geld” riep mijn moeder nog. Dat het een fantastische dag was, blijkt uit het feit dat ik me die hele dag nog steeds kan herinneren. Een dagje uit maakt indruk. Heel veel indruk.
Nu was mijn moeder niet arm, maar geld was er ook niet. Ze werkte, kreeg geen alimentatie, alles kwam net rond. Dus uitjes deden wij niet. Nieuwe kleren deden we nauwelijks. Met de vakanties gingen mijn zusje en ik naar de stacaravan van oma zodat mama kon werken. Soms een tripje naar het buitenland, mijn moeder reed dan in haar eentje naar Hongarije waar mijn oom een huis had. Dat dit kon was meer dan pure luxe en dat wisten we.
Terugkijkend kan ik niet zeggen dat ik iets tekort kwam. Zo heeft het in ieder geval nooit gevoeld. Maar bij papa was het anders. Papa had echt geen geld of wel geld maar dan was het niet de bedoeling dat ‘ie geld had dus dat geld was er eigenlijk niet. Als hij iets met ons wilde doen in het weekend, als, dan kon dat alleen als we eerst een rondje stad hadden gedaan langs allerlei donkere kroegjes met veel zwetende mannen, allemaal aan het bier, de harde muziek zorgde ervoor dat we elkaar niet konden verstaan. Uiteindelijk kreeg hij het, charmant als hij was, altijd voor elkaar en stopte iemand hem een briefje van vijftig toe. Dan konden we naar de bioscoop of de kermis. Dat kostte natuurlijk helemaal geen vijftig gulden, maar hij zal de rest ook wel nodig hebben gehad. Leuke dingen doen met papa was het mooiste dat er was.
Samen met mama of papa of beiden of mama en oma of papa en oma of opa en tante, of met wie er dan ook maar is die de zorg draagt, iets leuks doen: dat is het mooiste dat er is. Voor kinderen, maar ook voor de volwassenen. De kinderen waar wij vanuit de stichting contact mee hebben, kunnen nooit een keertje in de klas vertellen dat ze iets leuks hebben gedaan. Zijn soms nog nooit met de bus geweest. Laat staan naar de dierentuin. Bovendien leven ze elke dag in stress. De voelbare stress van hun ouders. Geldzorg is een werkwoord. Geldzorg gaat niet over dingen niet hebben. Het gaat heel erg vaak over de angst dat er nog meer wordt afgenomen.
En als je maar heel erg weinig te bieden hebt aan je kinderen, terwijl je zo graag anders wil, zo graag meer rust, meer gelach overdag, meer zorgeloos samen spelletjes doen, zo graag wel een ontbijtje kunnen maken ‘s ochtends, zo graag iets vrolijker, dan lijkt een dagje uit misschien klein, maar is het juist zo belangrijk. Het gaat om samen herinneringen maken die er anders niet waren geweest. Herinneringen die er jaren en jaren later, soms dus decennia later, nog steeds zijn.
Deze stichting is er omdat ik vond dat het er moet zijn. Omdat ik weet hoe het is, wat het betekent. Omdat ik had gewild dat het er was geweest toen ik klein was. Omdat ik mezelf zo gelukkig prijs dat ik mijn kinderen alles kan geven dat ze nodig hebben en meer. Dat ik mezelf in een positie heb gewerkt met tijd en ruimte om dit te doen. Omdat iedereen, hoe de bankrekening er ook uitziet, mooie herinneringen verdient. En omdat mijn lieve vriendinnen dezelfde passie hebben en zich ook dag en nacht inzetten voor die herinneringen.
Als wij iets hadden willen doen dat ons imago ten goede zou komen, dan hadden we echt wel iets gekozen dat minder tijd zou kosten, bovendien.
Dus, meneer: ik slikte mijn respons in. Maar had uiteindelijk natuurlijk moeten vragen: wat heeft u de laatste tijd zoal vrijblijvend voor een ander gedaan? En met welke reden?
Lieve Yv en Wieke: <3.
Meer over onze stichting: Lutje Geluk.
Lieve Minke,
Wat zal Lutje veel geluk brengen!
Tot kerst, tot liefs,
Dick en Nan