Hij doet dit natuurlijk elke dag, de hele dag. Ik hoor de routine van al honderden keren opgelezen tekst, maar dan net iets anders. Mijn namen, geboortedatum. Dan de namen van de kinderen en wanneer zij geboren zijn. Deze afspraak is voor hen. Nu mijn grootste schat; de allermooiste erfgenamen als ik er niet meer ben.
Het dendert door met bepalingen en uitsluitingen en voogdij en wettelijke vertegenwoordiging en vruchtgenot en wat als ze gaan trouwen, als ze zelf moeder zijn. Of als ze er niet meer zijn. Het is allemaal uitgebreid doorgenomen en uitgedacht, vandaag hoef ik alleen te tekenen. En dan heb ik een testament.
Ik merk nog op dat ik het jammer vind dat er geen champagnemoment is gecreëerd, dat had het een stuk gezelliger gemaakt. We lachen, de notaris en ik. En daarna teken ik maar gewoon. Wetende dat ik er goed aan doe, maar echt leuk is het niet. Vooral het doordenken van alle mogelijke scenario’s viel me zwaar. Wat als ik eerst, dan zij, wat als we allemaal tegelijk, wat als ik ze overleef. Ze zijn nog zo klein en kwetsbaar. Ik had het ijskoud, het hele uur lang. Maar ik moest.
Vele jaren gun ik mezelf en ons samen, maar de realist (soms in gezelschap van een zachtfluisterende fatalist) in mij weet dat dit zomaar anders kan uitpakken. En overlijden zonder testament kan dan weer rommelig verlopen voor zij die achterblijven, weet ik ook maar al te goed. Stress en gedoe die ik mijn kinderen graag bespaar. Want, daar ga ik voor het gemak maar van uit zonder arrogant te willen zijn, er is al verdriet genoeg als ik me door magere hein laat ontvoeren naar elders. Over 100 jaar.
Elke dag denk ik: wat zijn ze groot. Wat groeien ze veel te snel. En terwijl ik mijn handtekening zet, weet ik: ze zijn nog zo klein. Te klein. Maar dingen kunnen gebeuren en dan is het maar duidelijk wat daarna. En wat daarna niet. Er wordt voor ze gezorgd.
Dus. Ik ben een moeder met een testament en voel me heel volwassenen nu. Daar werd het waarschijnlijk ook wel een beetje tijd voor nu ik deze maand 37 word. Althans: dat hoop ik dan maar gewoon, dat ik de achttiende haal. Deze handtekening voelde ergens stiekem ook als een vrijbrief voor welk noodlot dan ook om zijn/haar kans te grijpen. Ik hou me daarom maar al te graag vast aan het gebrek aan wetenschappelijke bewijs voor een oorzaak-gevolg qua het tekenen van een testament en overlijden. En ik hou me ook gewoon even vast aan het feit dat ik springlevend een wijntje drink op het leven. Op mijn leven. En dat van mijn prachtige toekomstige erfgenamen.