We staan naast elkaar voor de grote spiegel in haar smalle gang. Ik teken met een kohlpotlood de weggetraande lijntjes onder mijn ogen bij. Zij stift zorgvuldig haar lippen bloedrood. “Mag ik die ook?” Zonder weg te kijken van haar spiegelbeeld geeft ze me de lippenstift. Ze gaat met haar vingers door haar lange haar voor meer volume. “Het zit mooi, je haar. Echt heel mooi. En die lippenstift staat je ook goed.” “Dank je. Jou ook trouwens. Jij kan echt elke kleur hebben.” Met mijn pink veeg ik overtollig rood weg. “Nee hoor.” We zijn even stil. “Ik zie er verrot uit. Bluh” zucht ik. Ik probeer wat wallen weg te poetsen. Ze kijkt naar me. “Onzin. Je bent prachtig.” Ik lach. “Niet huilen had geholpen. Happy girls are the prettiest, zeggen ze.” We lachen samen. “Onmogelijk. Wij kunnen niet prettier, wel happier. Kunnen we de mensen niet aan doen.” Gearmd wandelen we naar de buurtkroeg.
Zo’n vriendin die je tot aan tranen aan het lachen maakt, zelfs als de levenscrisis even niet te overzien lijkt. Die vriendin die je kan bellen als je in die kroeg op het toilet zit zonder tampons. En die vervolgens niet opneemt omdat de barman met haar aan het flirten is. Die vriendin die op precies de goede momenten smerige glaasjes likeur inschenkt omdat de wijn op is, maar de verhalen nog niet. En die relativeert, maar nooit te veel. En nooit de bad hair days, want zo werkt dat niet. Zo’n vriendin die onverwachts langskomt en niets zegt over de chaos in huis, je rare haar en je Mickey Mouse pyjama. Een vriendin die haar huis uitleent als je even nergens naar toe kan. Zo’n vriendin die midden in de nacht een paniekerige voicemail inspreekt waardoor je weet dat je er gelijk naartoe moet. En je dat dus doet. En dan samen huilt. Omdat dingen soms gewoon heel kut zijn. Zo’n vriendin die gewoon zegt dat de lasagne waar je anderhalf uur mee bezig bent geweest naar kattenvoer smaakt. En dan zelf iets enorm lekkers in elkaar kokkerelt. En zegt dat het niet uitmaakt omdat iedereen goed is in iets anders. En zij toevallig in alles en dat ik daar ook niets aan kan doen.
Zo’n vriendin die er altijd is. Altijd. Op precies de goede momenten.
Zo’n vriendin heb ik. Leuk he?